Leerboek huisartsgeneeskunde

Het vak huisartsgeneeskunde heeft zich de afgelopen decennia in een snel tempo ont­wik­keld. Dat hangt samen met de grote maatschappelijke behoefte waaraan de huisartsgeneeskunde tegemoet komt en de belangrijke rol die haar unieke kenmerken – directe toegankelijkheid, generalistisch karakter en continuïteit van zorg – daarbij spelen. Door de snelle toename van medische kennis en de ontwikkelingen in de steeds complexere gezondheidszorg, hebben de voor huisartsen relevante kennis en vaardigheden een hoge vlucht genomen. Een huisarts dient de actuele medische kennis en de ontwikkelingen in de gezondheidszorg over de volle breedte te overzien.

Het Leerboek huisartsgeneeskunde biedt de geneeskundestudent en de huisarts in opleiding, maar ook de in de praktijk werkzame huisarts, structuur in het brede veld van de huisartsgeneeskunde. De redactie, hoogleraren van vijf Nederlandse en Vlaamse faculteiten, en meer dan 50 auteurs (van alle 12 universiteiten) hebben daartoe de handen ineengeslagen. Het boek behandelt meer dan dertig vaardigheden die huisartsen zich tijdens hun opleiding eigen moeten maken en gedurende hun loopbaan moeten blijven ontwikkelen. De vaardigheden zijn geordend volgens de zeven kerncompetenties: medisch handelen, communicatie, samenwerking, kennis en wetenschap, maatschappelijk handelen, organisatie en professionaliteit.